Het begin…De familie Boelens is oorspronkelijk afkomstig uit Lokeren. Ze bestond uit graanhandelaars,mouters en bierbrouwers en was eigenaar van een brouwerij in Lokeren. Een tiental kilometer verder in Belsele,bezat familie De Meester brouwerij De Valk. Net die twee families liggen aan de basis van de huidige Huisbrouwerij Boelens. In de periode na 1850 werd in de Kerkstraat,op het huidige adres,“brouwerij De Meester-Boelens” opgericht. De oprichter van deze brouwerij overleed in het jaar 1897. Zijn vrouw,die tot de familie Boelens behoorde,had geen opvolger en vroeg aan haar broer in Lokeren oféén van diens zonen de brouwerij in Belsele niet kon runnen. Op dat moment was Henri Boelens(grootvader van Kris)opgeleid als brouwer. Hij besloot te verhuizen naar Belsele om daar zijn tante te helpen om de zaak verder zetten. Op een familiefeestje leerde de jonge vrijgezel Henri Boelens zijn toekomstige vrouw Maria De Meester kennen,een nichtje van de overleden brouwer De Meester. Tussen het brouwen door,ontstond een romance die uitmondde in een huwelijk. De naam van de brouwerij werd hersteld,weliswaar met een lichte wijziging. In 1897 nam Henri Boelens de brouwerij officieel over onder de naam Brouwerij Boelens - De Meester. Zij leverden in alle cafés in Belsele. Kort even iets over het café-gaan in Belsele vroeger en nu. In 1779 werden alle cafés in Belsele opgenomen op bevel van het hoofdcollege van het Land van Waas. Toen kwamen al namen als den Deckpriem,de Swaene en de Croone voor,cafés die nu nog steeds de dorstige dorpelingen in Belsele laven. Betekenisvol is het aantal cafés dat Belsele op dat moment rijk was. In 1779 telde Belsele 17 cafés voor een totale bevolking van amper 1962 zielen. Nu,ongeveer 230 jaar later,is de bevolking van Belsele aangegroeid tot ongeveer 10 000 zielen terwijl het aantal cafés amper 13 bedraagt. Tijdens de Eerste Wereldoorlog,interbellum en Tweede Wereldoorlog Elk aspect van het leven werd getekend door den Grooten Oorlog,zo ook het brouwersleven. In het jaar 1915 was de oorlog in volle gang:Duitse troepen eisten al het koper op,ook datgene dat in de brouwerijen aanwezig was. Door deze koperconfiscatie voor het produceren van oorlogsmunitie,zat Henri Boelens zonder brouwerij. Enkel de bottelmachines waren nog beschikbaar. Hierdoor moest brouwerij Boelens overschakelen naar een andere manier van bierverdeling. Met toelating van de Duitse bezetter werd er bier aangekocht in grote vaten van brouwerijen die wel nog machines hadden. Dit bier in vaten werd dan door brouwerij Boelens gebotteld en verkocht. Deze manier van bottelen ging verder tot in de jaren’50. Kort voor de tweede wereldoorlog overleed Henri Boelens en werd de zaak overgenomen door zijn oudste zoon,de jonge twintiger Hubert Boelens. Hij huwde met Maria Lecocq die ook in de brouwerswereld was opgegroeid. Haar familie bezat immers in Sinaai brouwerij Lecocq. Door de aard van zijn beroep was brouwer Boelens een gekend persoon in Belsele. Net na de Tweede Wereldoorlog bereikte hij de kers op de taart van dat sociaal engagement. Vanaf 1948 combineerde Hubert Boelens het brouwersleven met het burgemeesterschap van Belsele. Dit ambt bekleedde hij tien jaar. Na 1958 bleef hij nog lange tijd raadslid van de gemeenteraad van Belsele. Economische herleving na de Tweede Wereldoorlog Na de tweede wereldoorlog leidde de economische herleving ertoe dat marketing heel belangrijk werd. Dat economisch reveil vergrootte ook de verspreiding van alle commerciële producten waardoor kleinschalige brouwerijen steeds meer concurrentie kregen. Bestaande brouwerijen breidden zich uit,commerciële aspecten van het product werden onontbeerlijk(zoals etiketten,naam,reclame),…De brouwerijen centraliseerden alle taken binnen de brouwerij:zowel brouwer,biersteker als bierhandelaar. In die periode na de tweede wereldoorlog ging deze schaalvergroting gepaard met systematische overnames van kleinere brouwerijen door grotere,gevestigde brouwerijen. De drijfveer voor die overnames was voornamelijk het‘brouwerspatrimonium’. Door het opkopen van kleinere brouwerijen vergaarde men immers ook het leverrecht aan cafés wat de afzetmarkt vergrootte. Merknamen gecombineerd met winstbejag werden allesbepalend… Zoals reeds gezegd was een brouwer een welbekend‘dorpsfiguur’. Niet alleen doordat hij dagelijks de cafés frequenteerde maar ook door de huis-aan-huis-verkoop waarbij persoonlijk contact van primordiaal belang was. Voorheen met paard en kar,vanaf de tweede helft van de twintigste eeuw met de vrachtwagen. Echter met het opkomen van de grootdistributie(grootwinkels)en het toenemende aanbod was de prijzenconcurrentie niet meer houdbaar. Ook de mobiliteit werd groter door de verspreiding van de automobiel. Met andere woorden:het sociale aspect van bier aan de man(en de vrouw)brengen,kwam in gevaar door het grootkapitaal. Op het toppunt van die‘crisis’(door concurrentie van grootdistributie,hoge loonkost,verhoogde energiekosten)nam Kris de zaak over en werd er afscheid genomen van het huis-aan-huis-principe. Het werd vervangen door self-service. Dat moment waarop Kris de brouwerij overnam werd gekenmerkt door een revival van Belgische bieren. Mensen waren de grote merken wat moe. Het werd zelfs trendy om speciale bieren te drinken of beter,te degusteren. In navolging van zijn collega’s in Achouffe(brouwerij in Wallonië)heeft Kris tussen de jaren 1985-1990 het idee ontworpen en de plannen laten rijpen om zelf opnieuw een streekbier te brouwen. De nadruk werd bewust gelegd op de grondige kennis van brouwtechnieken en het belang van de juiste grondstoffen. Met het oog op deze plannen liet hij zich omringen door mensen met de juiste ervaring. Op het ambachtelijk weekend van augustus 1993 werd het huisbrouwen ten huize Boelens in ere hersteld. Voor het eerst sinds 1915 werd er opnieuw bier gebrouwen. Aanvankelijk waren er een aantal problemen van technisch-biologische aard maar die werden verholpen door de hulp van enkele Vlaamse universiteiten. Aanvankelijk begonnen met 150 hectoliter,overstijgt brouwerij Boelens nu de 1000 hectoliter. Na dertien jaar is de huisregel nog steeds dezelfde gebleven:kwaliteit boven kwantiteit. Kris’topproduct is zonder twijfel het in Belsele wel gekende Bieken,een zacht honingbier. Dit bier werd gebrouwen uit nostalgie naar de Biekens uit Sint-Niklaas. Annick Sneyers,de echtgenote van Kris,is de dochter van de zaakvoerder van Biekens,ooit een befaamde peperkoekfabriek uit Sint-Niklaas. Vandaar het idee om met dit honingbier te beginnen dat ondertussen 90 procent van de omzet voor zijn rekening neemt. Een ander streekbier is de Waaslander. Dit blond bier op basis van tarwe,persoonlijk mijn favoriet door de kruidige afdronk,is in opdracht van toerisme Waasland gebrouwen. Een van de leukste opdrachten voor Kris was het brouwen van de Pagijs ter herdenking van de Boerenkrijg in Overmere. Er is echter ook nog het Kerstbier,de Wase Wolf,… Het gebrouwen bier is voornamelijk bestemd voor de binnenlandse markt. Net zoals voor elk streekbier in Belgiëis er een grote interesse uit het buitenland. Naast deze export naar ondermeer Italie,VS en Nederland is het ook belangrijk om brouwopdrachten te verkopen. Aangezien Huisbrouwerij Boelens een flexibele brouwerij is,kan deze bier brouwen op zeer kleine schaal. Zo is er reeds bier gebrouwen voor de verkiezingscampagne van Vivant… Kris Boelens heeft niet alleen de familietraditie in ere hersteld. Hij heeft ook een stukje lokale Vlaamse of beter Belseelse biercultuur teruggebracht,wat wij enkel kunnen toejuichen. In welk caféte Belsele kan je immers géén Bieken drinken…? En dat in een tijd waar Inbev heeft besloten de brouwerij vanén in Hoegaarden te verplaatsen naar de Oost-Europese landen. Binnenkort drinken we dus een Vlaamse Hoegaarden uit Tsjechië. Een Bieken zal echter steeds zijn brouwerskuip in Belsele trouw blijven! Men kan de brouwerij steeds bezoeken op afspraak. Hier krijgt men dan verdere uitleg waarna men de bieren kan degusterenàvolonté. (Geraadpleegde bron:Frans de Potter en Jan Broeckaert,Geschiedenis van Belsele,Gent,1877)